Europa verdeeld over nakomen klimaatakkoord

Europa heeft als doelstelling de uitstoot van CO2 in 2030 met 40 procent te verminderen vergeleken met 1990. Afgelopen maand is er door de Europese lidstaten besloten over een voorstel van de Europese Commissie die de boete-regeling op de uitstoot van CO2 moet aanscherpen (ETS). Met deze besluitvorming over de noodzakelijke aanscherping van de regels voor de CO2-emissie (die worden geregeld onder het ETS) is er een wel heel kleine stap gezet. “De kans dat de klimaatdoelen worden gehaald” is volgens Dijksma, “dichterbij gekomen”. ”Maar we zijn er nog niet.”

Van alle CO2-uitstoot in Europa valt 45 procent onder een stelsel dat beperkt moet worden middels het ETS. Dit systeem van emissie-rechten is in de afgelopen jaren een blamage gebleken. In plaats van dat het emissie van CO2 beperkt hebben bedrijven er miljarden (24 miljard volgens CE Delft) aan verdiend zonder dat er ook maar enige prikkel van uitging op de beperking van het gebruik van fossiele brandstoffen.

Nu in de VS een andere wind waait is het nog meer noodzakelijk om een goed systeem van het in rekening brengen van de kosten van uitstoot van CO2 in Europa te hebben. Namelijk, even werd gedacht dat als internationaal iedereen enthousiast aan de slag gaat met de beperking van CO2-uitstoot, het minder nodig is dit via boetes (ETS) te regelen. Maar nu in Amerika de weg weer ruim openligt voor het gebruik van fossiele brandstoffen moet er in Europa een goed systeem van boetes op gebruik van fossiele brandstof komen. Dat blijkt ook wel omdat alleen al binnen de Europese Unie er nu weer diverse landen zijn die de regels willen verruimen en het niet zo nauw nemen met de Parijse Akkoorden. Vooral Oost-Europese landen vonden de voorstellen uit vrees voor schade aan hun industrie te ver gaan. Een aantal West-Europese en Scandinavische landen miste juist ambitie.

Ook de in de EU afgesproken regels om de maatschappelijke kosten van de CO2-uitstoot van het vliegen meer in de greep te krijgen zijn alweer versoepeld.

            Europarlementariër, Bas Eickhout: “The Commission has once again let international aviation off the hook. Not only have they failed to act on their promise to bring international flights under the scope of the emissions trading scheme, they have failed to set any hard deadline for doing so. The deal agreed by ICAO last year was weaker than the ETS and many big countries such as China, India and Russia are already threatening to not participate come 2021. Rather than waiting for the rest of the world to catch up, the EU should get on with its original goal of putting a fair price on aviation emissions, and delivering against its climate ambitions.”

Alleen voor de vluchten binnen de EU wordt er een beperkt systeem geïntroduceerd voor de luchtvaartsector waardoor deze gedeeltelijk onder de ETS gaan vallen.

Nederland heeft in de EU ingebracht dat de aanscherping van het ETS nodig is om de doelstellingen van Parijs te halen. De Tweede Kamer wilde dat het aantal emissierechten jaarlijks met 2,4 procent zou worden teruggebracht. Dit bleek niet haalbaar in de bespreking met de 28 lidstaten. Een beperking van 2,2 procent bleek het meest haalbaar.

            Volgens de staatssecretaris Sharon Dijksma: “Een ambitieuze opstelling van de euro-parlementariërs had de lidstaten wat meer onder druk kunnen zetten. Mijn positie is ernstig verzwakt door de uitkomst van de stemmingen in het Europees Parlement, vorige week.”

Wel is besloten om vanaf 2024 een groot aantal extra rechten te gaan schrappen, waardoor de prijs van vervuiling verder omhoog kan gaan. Negen lidstaten gingen niet akkoord, maar dat was niet genoeg om het compromis te blokkeren. Dat bleek na de onderhandelingen tussen de 28 milieuministers in Brussel.

Het is nu de vraag of de met het buitenland concurreerde EU-bedrijven die onder het ETS vallen nog gratis emissierechten gaan behouden. Indien EU-landen hun kolen centrales vervroegd willen sluiten zoals het Verenigd Koninkrijk, Duitsland en Nederland van plan zijn, zou de Europese Commissie het recht moeten krijgen de uitgespaarde CO2-rechten te vernietigen.

            Sander de Bruyn, die bij CE Delft sinds 2007 onderzoek doet naar het EU-ETS: ‘Om de economie te laten wennen aan dergelijke hoge CO2-prijzen had je vanaf 2005 een geleidelijke stijging van CO2-prijzen willen zien tot ongeveer €40-50 nu, doorstijgend naar ongeveer €100 in 2030. Maar in het bedrijfsleven lijkt niemand rekening te houden met dit soort prijzen. Politici en bedrijfsleven zouden zich moeten realiseren dat we op de lange termijn enorme risico’s lopen door de prijzen op dit moment zo laag te houden.’

“In 2050 moet de prijs van een emissierecht naar 250 euro per ton om de afspraken uit Parijs te halen” zegt de Bruyn

De hoofddoelstelling is dat het ETS zorgt voor 43% CO2-reductie in 2030 t.o.v. 2005. De reductie in 2050 moet 87% t.o.v. 2005 (exclusief lucht- en scheepvaart). Wil dat bereikt worden, dan is er nog een lange weg te gaan en zal het ETS-systeem nog verder aangescherpt moeten worden.

            Het EU ETS is een systeem om CO2 emissies tegen minimale kosten te reduceren. Oppervlakkig gezien werkt het systeem goed, maar als je meer in detail kijkt valt op dat het eigenlijk niet goed in elkaar steekt. Dat komt primair doordat er in het ETS allerlei uitzonderingen en speciale regeltjes zijn gemaakt om bepaalde groepen te ontzien. Het EU ETS is een gecompliceerd systeem geworden dat men vaak niet goed meer begrijpt. Dat    zet de deur wagenwijd open voor lobbygroepen die de kosten voor hun bedrijf zo laag mogelijk willen houden. Het grootste probleem is het grote overschot aan rechten dat is ontstaan door een samenspel van effectieve lobby, economische crisis en het ruime aanbod van vrijwel gratis CDM-credits.